Geput werd uit de collectie van het Nationaal Onderwijsmuseum, de collectie  Noordhoff, het werk van Picardt en Van Lier uit de 17e en 18e eeuw en het hedendaagse werk van illustrator Jouke Nijman.

Daar waar we uit opgravingen in prachtige zandsculpturen kunnen reconstrueren hoe onze voorvaderen leefden zijn de platen eensluidend, maar veel moet worden ingevuld met fantasie.  Zo beeld Cornelis Jetses de Hunebedbouwers veel minder kleurrijk uit dan Jouke Nijman en is een plaat van de Deen Arvid Fougstedt uit 1936 juist een feest van kleuren. Voor deze tentoonstelling zijn de afbeeldingen vergroot afgedrukt zodat alle prachtige details goed zichtbaar zijn. 

Schoolplaten werden populair vanaf de 19e eeuw en werden tot ver in de 20e eeuw gebruikt. De plaat werd opgehangen in het klaslokaal om het onderwijs aanschouwelijk te maken. De schoolplaat wordt ook wel aangeduid met de term vertelselplaat. Er zijn in de loop van twee eeuwen duizenden schoolplaten uitgegeven.

Beroemde illustratoren in Nederland zijn Cornelis Jetses en J.H. Isings. In deze tentoonstelling zijn ook platen te zien van buitenlandse illustratoren. Hun beelden werden gekozen als het om ver- halen gaat die parallel lopen met onze geschiedenis. Ook elders in Europa werden Hunebedden gebouwd, waren er Romeinse invloeden en speelden de gOden Donar en Wodan een belangrijke rol.

In de tentoonstelling zijn vier platen opgenomen uit de eerste beschrijvingen van de geschiedenis van Drenthe. Zo is er een gravure van Gerrit van Goedesbergh uit 1660 met een afbeelding van “Witte wieven” die grafheuvels bewonen. De ets verscheen in 1660 in een boek van Johan Picardt getiteld “Korte Beschryvinge van eenige Vergetene en Verborgene Antiquiteten of de Annales Drenthiae”. Piccardt was er als wetenschapper van overtuigd dat de hunebedden door Huynen, reuzen waren gebouwd.

Ook is er werk uit geschriften van gedeputeerde en belastingontvanger Van Lier. Hij onderzocht het Hunebed van Eext en kwam tot de conclusie dat het een Romeins graf was.

Het werk van Nijman toont De Bloemert in de Romeinse tijd en de wijze waarop een begrafenis plaatsvond als er als grafgift paarden mee werden gegeven, zoals dat bij de prinses van Zweeloo het geval is geweest. De tentoonstelling is open voor publiek vanaf 18 februari 2015. 

 

Een aantal wereldbekende kunstenaars heeft 7000 ton zand, dat afkomstig was van de Hondsrug, in een ruimte van 6.000 m² verwerkt tot sprookjesachtige en immense zandsculpturen. Deze zandtovenaars hebben de geschiedenis van de 150.000 jaar oude Hondsrug in beeld gebracht. Van ijstijd en prehistorie tot Ellert en Brammert, en van het meisje van Yde en het Trechterbekervolk tot de prinses van Zweeloo en de vele veldslagen bij Coevorden. Ook de unieke heidevelden, veengebieden, plaggenhutten en hunebedden worden in het grootste zandmuseum van Europa op een tot de verbeelding sprekende manier in zand uitgebeeld.

 

Behalve de zandexpositie is er nog veel meer te beleven op het 15.000 m² grote complex van SculpturePark. In de speel- en educatiehal kunnen bezoekers met noppenstenen alles bouwen wat ze maar willen en kan de geweldige Lego expositie bewonderd worden. Bricksart staat voor stenenkunst, maar ook voor fun, feest en verwondering. In deze hal kunnen bezoekers zelf ook de zandexperience ervaren door een sculptuur te bouwen of beachvoetbal te spelen. Elders in het complex vinden theatervoorstellingen plaats die gelinkt zijn aan het thema van het zandsculpturenpark en is er een geweldig videospektakel over de “witte Wieven” van videokunstenaar Peter van Til te zien.

 

SculpturePark heeft gedurende het winterseizoen wisselende openingstijden. Op de website is allerlei nuttige informatie te vinden.