Historische Kring Menterwolde

Mijn vader heeft ze meegemaakt. Als boderijder werd hij geconfronteerd met het steeds mobieler worden van de mens waardoor hij langzaamaan overstapte op veevervoer en wegtransport. 
HKM Menterwolde
Door lichamelijke klachten was hij genoodzaakt te veranderen en werd kolenhandelaar. Maar ook hierin werd hij na verloop van tijd dwars gezeten door de opkomst van het gas. Twee beroepen die nu niet meer bestaan.
De beurtschipper ging in die tijden dat iedereen moest lopen de boodschappen over ver regelen en nam pakjes en boodschappenbriefjes mee over de talrijke kanalen naar bv. de Stad. Toen wegen beter begaanbaar werden konden paard en wagen ook beter vracht vervoeren en stapten velen van de boot op de bok als boderijder. Op marktdagen stroomde de Stad vol met bodewagens. Ze stonden op de markten en later het Zuiderdiep (foto). Paarden werden vrachtwagens. 
Ook door mijn opa werd een vrachtwagen gekocht. De huisarts kwam als rijexaminator, stapte bij mijn 18-jarige vader in, ze reden een rondje en het rijbewijs was geregeld. Als eersten op het dorp kregen mijn ouders telefoon, maar in de vorm van een centrale, die in verbinding stond met de centrale in de Stad. Benzine moest er ook getankt worden en zo kregen ze een pomp aan de straat voor eigen gebruik en verkoop. Mijn moeder werd automatisch telefoniste en pompbediende. 
Uiteindelijk werd het vrachtverkeer te zwaar voor het Zuiderdiep en werd het bodenterrein aangewezen als standplaats. Na 1960 reden er geen boderijders meer rond. 
Dhr. S.W. Mollema, zelf telg uit een boderijders gezin te Leens, komt op onze avond in oktober over dit onderwerp vertellen in een locatie dat ooit aan het Winschoterdiep en het Noordbroeksterdiep heeft gelegen. 

Reactie toevoegen