Kerk Zuidbroek ooit verder naar Oosten gestaan?

Feuilleton in 3 delen gebaseerd op het vermoeden dat de kerk te Zuidbroek eerst verder in het oosten heeft gestaan en door de overstromingen van de Dollard verplaatst moest worden. Geschreven door Dorien. Het speelt zich af tussen 1268 en 1280.
Deel 3:

Bij huis aangekomen neemt Folbert afscheid van Egge en gaat naar binnen. Ma is bezig met eten, de kleintjes rennen wat rond en spelen met de dieren. Pa is nog bezig om alles klaar te maken voor misschien een tweede storm. Aan de lucht te zien is de kans groot dat het vannacht weer los barst. Omdat het eten toch nog niet klaar is en er niet eerder gegeten wordt dan als pa binnen is, gaat hij naar buiten om hem te helpen.

De volgende dag als ze wakker worden is er geen storm geweest. Er staan nog wel mensen in de rij om te helpen, maar veel minder dan de vorige dag. De dag erna staan er nog minder en de dag daarna nog minder. Op de vijfde dag na de storm staan er alleen nog maar broeders. Zo gaan er twee jaren voorbij. De broeders staan langs de weg stenen door te geven en bouwen de kerk. De dorpelingen gaan verder met hun werk. Ze verbouwen hun land en onderhouden de huizen. Folbert wordt groter en moet steeds meer helpen het land te verbouwen. Af en toe, als er tijd over is, gaat Folbert met Egge kijken bij de kerk. Het gaat niet snel, maar ze moeten toegeven, het wordt wel mooi. En gigantisch groot. Als de zon erop schijnt lijkt het net of het rood van de stenen oplicht. De kloosterbroeders zijn inmiddels bij het dak. Ze hebben de balken er al op, alleen nog dichtmaken.
En dan is eindelijk de dag daar. De kerk is af. En als het gerucht door het dorp gaat dat ze in de kerk mogen om te kijken rennen Folbert en Egge gelijk heen. Pa vindt het goed dat Folbert een middag niet op het land komt, als hij maar alles vertelt over de kerk als hij weer terug komt.
Wilt u ook alles over de Petruskerk weten. Kom naar onze lezing door Jochem Abbes.

Reactie toevoegen