De grote school (3)

Na de 2e klas van juf Lien Mulder ging ik en vele met mij keurig over naar de 3e klas. Ja wat herinner ik me daar nog van. Eigenlijk niet zo heel veel.
We hadden juf Holthuis, een fijn en lief mens waar je met al je vragen terechtkon.
Wel herinner ik me dat er al wat oudere leerlingen in de klas zaten - waren blijkbaar al eens blijven zitten – en die ook een wat uitgebreider les in handwerken kregen, zoals het breien van sokken.
Ook waren ze een ietsje meer op de hoogte van de Nederlandse taal.
Voorbeeld: Klasgenootje had een plasje sneeuwwater onder haar bank, stak haar vinger op en vroeg aan juf Holthuis: “Juffrouw heeft U ook een val”.... waarop haar oudere zus haar verbeterde met: “Ah wicht, doe kou, dat heit ’n dweil”. Ja we hadden het altijd over “een vale”.
Waar ik me erg op verheugde was over te gaan naar de 4e klas van de meest kleurrijke meester waar ik erg mooie herinneringen aan bewaar.
Hij kwam uit Finsterwolde en “was in de kost” bij een bakker in het dorp.
Heel af en toe kwam ie ook wel eens te laat en kreeg dan een milde “uitbrander” van het opperhoofd. Gelukkig werd ie niet zo in de nek geknepen, zoals dat bij ons laatkomers wél eens gebeurde!!
Au!! Daar hoef je tegenwoordig niet meer te flikken bij de jeugd.....
Zijn naam: Harm-Jan Tuin, door pa “de toneelspeler” genoemd vanwege z’n creatieve ideeën.
Altijd keurig in het pak, verzorgde nagels ( wat was ik daar jaloers op ) en z’n wangen gepoederd!
Leerlingen die wat in de gaten gehouden moesten worden betreffende hun resultaten zaten in de voorste bankjes, zoals ook de zoon van de huisarts: Hayo Koenraad, door ons dorpelingen gewoon “Heikoen” genoemd, wel zo gemakkelijk.
Zaten we rustig eens onze dictee te maken, riep wakkere Heikoen opeens: “Hé, meester het poeder op gezicht”. Hadden we al lang gezien net als die mooi lange nagels die hij dan neuriënd zat te vijlen. Wisten wij ook veel waarom hij deed allemaal deed.......
In de 4e klas zat ook een deel van de 5e klas (meester Beukema had ook een gedeelte, want de Zuiderschool had maar 5 lokalen) en die kregen o.a. geschiedenisles. Soms zat ik stiekem mee te luisteren, zodat ik alvast wist wat ik kon verwachten. Ik hoopte vurig dat ik de 5e klas ook bij hem mocht blijven en dat gebeurde ook!
Meester Tuin was dol op zingen en dat deden we dan ook veelvuldig!
Op een dag wilde hij een zangclubje oprichten en daar wilden we graag aan meewerken, och wat hebben we een plezier gehad, lekker na schooltijd en het kostte ons niets.
Toch was Heikoen op den duur toch wel erg nieuwsgierig of meester ook verkering had en wanneer we haar eens te zien kregen, want die had hij toch wel....?
En ja hoor, het was op een mooie zomerdag en de school had een spelletjesdag georganiseerd en daar kwam onze meester aan met een dame bij zich. Heikoen stralend: “Meester is dat haar” en meester knikte. Goh, eindelijk zagen we meester z’n meisje..... wat was ze leuk!

Helaas kregen we haar daarna nooit meer te zien, want later bleek dat het z’n zus of nichtje was..... ach die lieve Harm-Jan, hij had het allemaal voor ons in scène gezet.
Want wat wisten wij toen in de jaren ’50 als gewone onwetende dorpelingen nu af van het feit dat er ook mannen zijn die niet op vrouwen vallen en onze meester voor ons maar zo lang mogelijk vrijgezel bleef.
Zoals gezegd, een fijne, spontane en creatieve meester die buiten goed lesgeven je ook nog lekker kon laten lachen.
Vele jaren later, ik werkte toen in het centrum van “stad”, zag ik hem nog eens in een lange zwarte jas met grote stappen over de Grote Markt lopen. Helaas is ie veel te vroeg gestorven.
Dat ie niet vergeten was bleek uit de prachtige verhalen die meester Beukema tijdens de reünie in 1994 aanhaalde over “Boebie”.

JP