Een gelukkig moment

In de Telegraaf van 14 februari jl. las ik een verhaal over Valentijnsdag van professor Bob Smalhout. Volgens Smalhout kan echte liefde of genegenheid niet goed worden uitgedrukt in grote daden of schitterende cadeaus of een hoop wollige taal. Alleen de meest subtiele uitingen van liefde of genegenheid treffen doel. Vaak is één beeldschone roos in de kleur die de geliefde het meest aanspreekt veel indrukwekkender dan een enorme bos rode rozen. Een enkel woord of een valentijnskaart kan een heelal van genegenheid openen. Daar zijn geen brieven voor nodig, aldus Smalhout.
Zelf ben ik alles behalve gespeend van het tonen van een sublieme vorm van genegenheid. Bovendien ben ik wars van het ophangen van goede voornemens of het tonen van bijzondere gevoelens aan een bepaalde dag. Immers, het tonen van genegenheid aan onze medemens in het algemeen of aan een geliefde in het bijzonder dient zich naar mijn overtuiging niet te beperken tot die ene dag. Toch denk ik te begrijpen wat hij bedoelt te zeggen. Het is niet gemakkelijk in woorden uit te drukken en ik gebruik daarvoor de volgende metafoor: wanneer de actie een geluksgevoel bewerkstelligt bij de medemens, die verge- lijkbaar is met de overweldigende beleving van een sterk geurende roos in de ochtendzon. In gedachten ga ik terug naar mijn eerste kennismaking met het fenomeen Valentijnsdag. Het zal in 1979 zijn geweest. We hadden een flinke sneeuwval achter de rug en de gemeentelijke gladheidsbestrijders waren wekenlang onder barre omstandigheden dag en nacht in de weer geweest. In die tijd was er nog geen sprake van preventief strooien en waren de computers nog niet uitgevonden. Ook was er nog geen rookverbod van kracht en had de ondernemingsraad zijn intrede nog niet gedaan. Het arbeidstijdenbesluit bestond niet voor de gladheidsbestrijding, maar gek genoeg was er in feite wel sprake van zelfsturende teams.
De toenmalige CDA-wethouder Andries Sonneveld van de gemeente Oosterbroek vroeg mij om de mensen van gemeentewerken in de oude raadszaal van het voormalige gemeentehuis van Noordbroek bijeen te roepen. Hij wilde deze mensen bedanken voor hun inzet tijdens de voorbije periode en wou dat doen op Valentijnsdag. Onder het genot van een dampende sigaar en een kopje koffie werden de gladheidsbestrijders door Sonneveld kort toegesproken en hij overhandigde aan ieder van hen een bosje tulpen namens de verenigde kwekers van De Akkers. Alhoewel de stemming onder de aanwezigen was, dat ze gewoon hun werk hadden gedaan werd het gebaar zeer gewaardeerd. Het was een sfeer van waardering en wederzijds respect. Andries Sonneveld had zijn waardering uitgesproken voor zijn medemens en wat nog belangrijker is: het gevoel gegeven dat ze er toe doen. Bijzonder, dat na 36 jaar het verhaal van Smalhout mij doet denken aan de Valentijn Dries Sonneveld.

Marten Prins